De beleidsprioriteiten van het Parlement voor 2023 

 
 

Beleidsmakers leggen zich toe op de groene en digitale transitie van Europa, met als doel een veerkrachtige economie op te bouwen en het democratische toezicht en de grondrechten te versterken. Daarbij baseren zij zich op wat zij hebben geleerd van de pandemie en de recente geopolitieke en energiecrisis.

Kom meer te weten over de activiteiten van het Parlement op beleidsterreinen die het Parlement, de Raad en de Commissie als gemeenschappelijke prioriteiten hebben aangemerkt en waarop zij vóór de volgende Europese verkiezingen in 2024 resultaten willen boeken.

Het Wetgevingsobservatorium is de centrale databank en monitoringtool van het Parlement. Hier kunt u volledige informatie vinden over alle eerdere en lopende parlementaire werkzaamheden, zowel van wetgevende als niet-wetgevende aard. Het bevat een zeer adequate zoekfunctie om inhoud te filteren.

Kom meer te weten over de beleidsprioriteiten van de fracties van het Parlement

Democratie in actie

  • In 2020 pleitten de onderhandelaars van het Parlement met succes voor het grootste financiële pakket van de EU ooit om de gevolgen van de coronacrisis aan te pakken en een nieuwe generatie EU-programma’s voor 2021-2027 te financieren.

    Met haar langetermijnbegroting en een uitzonderlijk herstelinstrument van 750 miljard euro (meer dan 800 miljard euro in huidige prijzen) (NextGenerationEU, RRF) wil de EU de crisisparaatheid van de Europese samenlevingen verbeteren en de digitale en groene transitie bevorderen. Daarbij wil de EU bijzondere steun geven aan jongeren, kleine en middelgrote ondernemingen, reddingssystemen en gezondheidsstelsels, en onderzoek. In 2021 nam de EU extra maatregelen, in de vorm van het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Sociaal Klimaatfonds, om regio’s en kwetsbare bevolkingsgroepen te ondersteunen. Deze maatregelen werden twee jaar later uitgebreid om sneller klimaatneutraliteit te bereiken en de afhankelijkheid van Russische energie te verminderen (REPowerEU).

    Het Parlement zorgde ook voor een juridisch bindende routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen om leningen in het kader van NextGenerationEU terug te betalen.

    Tijdens de begrotingsonderhandelingen met de Raad kregen de EP-leden 16 miljard euro extra los voor vlaggenschipprogramma’s voor 2021-2027: EU4Health, Horizon (research), InvestEU and Erasmus+.

    EU-solidariteit op basis van gedeelde waarden en doelstellingen

    De EP-leden vormen een tak van de begrotingsautoriteit en houden op die manier nauwlettend toezicht op de begrotingsuitgaven en de nationale herstelplannen. Deze plannen worden gefinancierd via de faciliteit voor herstel en veerkracht. De lidstaten kunnen deze EU-middelen pas ontvangen als zij zich volledig houden aan de digitale en klimaatdoelstellingen van de EU, de rechtsstaat en de fundamentele EU-waarden. Het Parlement zet de Commissie onder druk om geen betalingen te verrichten als een lidstaat niet voldoet aan de “voorwaardelijkheid met betrekking tot de rechtsstaat”, waarover in 2020 met de Raad overeenstemming is bereikt. Bovendien hebben de EP-leden gezorgd voor een transparantere faciliteit voor herstel en veerkracht waarop beter kan worden toegezien. Elke lidstaat moet de honderd belangrijkste begunstigden van financiering uit de faciliteit bekendmaken.

    Eerlijke lonen

    De leden van het Europees Parlement hebben de lidstaten ertoe overhaald nationale minimumlonen vast te stellen en ervoor te zorgen dat mannen en vrouwen in de hele EU gelijk loon voor gelijk werk krijgen. Het Parlement pleit ook voor sociale rechtvaardigheid en waardigheid voor werknemers en wil daarom een eind maken aan het misbruik van zogenoemde platformwerkers door dienstverleners die via digitale platforms werken. Daarnaast staan eerlijke belastingheffing en de bestrijding van witwaspraktijken nog altijd hoog op de agenda van het Parlement.

    Steun voor de Europese industrie

    In februari 2023 stemden de leden van het Parlement voor de oprichting van een nieuw Europees soevereiniteitsfonds om industriële productie te vestigen in Europa of naar Europa te verplaatsen. Ze roepen dringend op tot maatregelen om de toepassing van schone energietechnologie te stimuleren en om de industrieën van de EU te helpen hoogwaardige banen en economische groei te creëren. Dit zal de EU helpen om de doelstellingen van de Green Deal te verwezenlijken.

    ©Photocreo Bednarek/AdobeStock  
  • In 2019 kondigde het Parlement de klimaatnoodtoestand af. Het pleitte voor een ambitieuzere terugdringing van de broeikasgasuitstoot om zo uiterlijk in 2050 klimaatneutraliteit te bereiken, in overeenstemming met de Overeenkomst van Parijs. Op grond van de klimaatwet, die op 24 juni 2021 is aangenomen, moet de EU in 2050 klimaatneutraal zijn en in 2030 haar broeikasgasuitstoot met ten minste 55 % verlaagd hebben ten opzichte van het niveau van 1990. De nieuwe regels bieden de Europese burgers en bedrijven de nodige rechtszekerheid en voorspelbaarheid om zich voor te bereiden op de groene transitie.

    Ten minste 30 % van de EU-begroting zal dienen om klimaatdoelstellingen te ondersteunen en 8 % om de biodiversiteit te beschermen. Een aanzienlijk deel daarvan zal gezamenlijk door de EU worden besteed in het kader van REPowerEU om energie te besparen, schone energie te produceren en de voorziening te diversifiëren. De EU-middelen bieden ook steun aan kwetsbare huishoudens en kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Daarnaast sprak het Parlement zijn steun uit voor een Sociaal Klimaatfonds van 86,7 miljard euro om energie- en mobiliteitsarmoede tegen te gaan, en voor een Fonds voor een rechtvaardige transitie van 17,5 miljard euro om gebieden te helpen die kampen met de sociale en economische gevolgen van de klimaattransitie.

    Klimaatneutraliteit in 2050

    Het Parlement besloot het gebruik van alternatieve energie te stimuleren met als doel de broeikasgasuitstoot van de industrie, de transportsector, – in de lucht, over zee en op de weg – en huishoudens terug te dringen. Het scherpte de regels van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) verder aan, waarin het beginsel is vastgelegd dat de vervuiler betaalt. Dankzij het ETS hangt er een prijskaartje aan de uitstoot van broeikasgassen, waardoor sectoren in klimaatvriendelijke technologieën zijn gaan investeren. De regels voor de verdeling van inspanningen bevatten reductiedoelstellingen voor de lidstaten op gebieden die niet onder het ETS vallen. Ook is er een ambitieuzere doelstelling voor koolstofputten voor de sector landgebruik en bosbouw in de regels opgenomen, om de EU-bossen te beschermen, de biodiversiteit te stimuleren en de emissiereductiedoelstelling van de EU voor 2030 te verhogen tot 57 %.

    Verwarming en wegvervoer zullen uiterlijk in 2027-2028 in het ETS worden opgenomen en de gratis emissierechten voor de luchtvaartsector zullen tegen 2026 worden afgebouwd. Het Parlement steunt de doelstelling om uiterlijk in 2035 de CO2-uitstoot van nieuwe auto’s en bestelwagens terug te brengen tot nul. Het zorgde ook voor strengere regels voor batterijen, die gedurende de hele levenscyclus van een batterij zullen gelden. De EP-leden pleiten daarnaast voor een snellere uitrol van hernieuwbare energie en voor meer energie-efficiëntie, vooral bij gebouwen. Het doel is de koolstofvoetafdruk van de EU verder te verkleinen en haar afhankelijkheid van fossiele brandstoffen uit Rusland te verminderen.Koolstoflekkage en greenwashing voorkomen

    Op grond van een nieuw mechanisme voor koolstofgrenscorrectie zal de koolstofprijs van de EU worden toegepast op ingevoerd cement, ijzer en staal, aluminium, meststoffen, elektriciteit en waterstof. De EP-leden hebben een gelijk speelveld tot stand gebracht om de EU-sectoren te beschermen en te voorkomen dat hun productie naar het buitenland wordt verplaatst. Het EP moedigt hiermee de rest van de wereld aan om hun klimaatinspanningen op te voeren.

    Producten die in andere delen van de wereld verdere ontbossing veroorzaken mogen niet langer worden ingevoerd. De nieuwe regels gelden voor vee, cacao, koffie, palmolie, soja, hout, rubber, houtskool en producten van bedrukt papier. Hoewel er geen sprake is van een volledig verbod op producten, zullen bedrijven een zorgvuldigheidsbewijs moeten tonen waaruit blijkt dat de vervaardiging van deze producten niet heeft bijgedragen aan ontbossing. Daarnaastworden alle grote bedrijven in de EU verplicht om vanaf 2024 duurzaamheidsrapporten uit te brengen. Zo’n 50 000 bedrijven zullen gegevens moeten bekendmaken over de gevolgen van hun activiteiten voor de mens en de planeet en over eventuele duurzaamheidsrisico’s waaraan zij worden blootgesteld.

    Nieuwe regels over pesticiden, natuurherstel en duurzame voedselproductie (“van boer tot bord”-strategie), en over de luchtkwaliteit, industriële emissies en verpakkingsafval moeten nog worden overeengekomen.

  • Het Europees Parlement steunt Oekraïne in zijn strijd voor democratische vrijheid en zelfbeschikking. Het Parlement heeft de Russische aanvalsoorlog krachtig en herhaaldelijk veroordeeld en heeft vanaf de eerste dagen van de militaire aanvallen opgeroepen tot strenge sancties tegen Rusland en Belarus. Het dringt er bij de EU voortdurend op aan om verdedigingswapens te leveren, humanitaire hulp te bieden en democratische steun te verlenen aan de instellingen van Oekraïne.

    Tijdens een buitengewone plenaire vergadering op 1 maart 2022 namen de leden van het Europees Parlement een eerste resolutie aan waarin zij de EU ertoe opriepen strenge sancties op te leggen aan Rusland en Belarus vanwege de invasie en Oekraïne snel van verdedigingswapens te voorzien.

    Na de inval in Oekraïne was het Europees Parlement de eerste internationale politieke instelling die door de Oekraïense president Volodymyr Zelensky werd toegesproken. Dit gebeurde op diezelfde dag nog in een toespraak op afstand. Een maand later, op 1 april, was de voorzitter van het Parlement, Roberta Metsola, de eerste EU-leider die een bezoek bracht aan Kyiv. Ze had er een ontmoeting met president Zelensky en parlementsvoorzitter Roeslan Stefantsjoek. Ook sprak ze er de leden van het Oekraïense parlement toe – de Verchovna Rada.

    Tijdens zijn eerste bezoek aan Brussel op 9 februari 2023 hield president Zelensky een toespraak in de plenaire vergadering van het Parlement. Daarna richtte hij zich tot de staatshoofden en regeringsleiders van de EU in het kader van de Europese top.

    De gevolgen van de oorlog voor Oekraïne en de aanpak van de EU

    In een resolutie van 24 maart 2022 verzocht het Parlement zowel de EU als de internationale gemeenschap om stevige en langdurige humanitaire voedselhulp aan Oekraïne. In april 2022 pleitten de leden van het Parlement voor een volledig EU-embargo op de invoer van Russische energie. In mei van dat jaar zijn ze ook begonnen met het verplaatsen van middelen uit de herstelfondsen naar REPowerEU, en met het versnellen van de groene energietransitie in de lidstaten.

    Tijdens de plenaire vergadering van september 2022 spraken de EP-leden hun steun uit voor vereenvoudigde regels voor het gebruik van regionale EU-fondsen om de gevolgen van de Russische agressie aan te pakken en met name om naburige regio’s te helpen vluchtelingen uit Oekraïne op te vangen. Ze gaven ook groen licht voor de tweede tranche van de macrofinanciële bijstand van de EU om in de onmiddellijke behoeften van Oekraïne te voorzien. In november keurden de leden van het Parlement een EU-lening van 18 miljard euro goed om Oekraïne in 2023 te ondersteunen.

    Naar een vrij en democratisch Oekraïne binnen de EU

    In een resolutie van maart 2022 benadrukte het Parlement dat de Russische regering “desinformatie van een ongeëvenaarde kwaadaardigheid en omvang” verspreidt om haar burgers en de internationale gemeenschap te misleiden over de oorlog in Oekraïne. Het riep de EU op een specifieke sanctieregeling voor buitenlandse inmenging en desinformatiecampagnes in te stellen.

    In mei 2022 drongen de EP-leden er bij de EU op aan internationale procedures en rechtbanken te ondersteunen bij de vervolging van de Russische en Belarussische regimes voor oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid, genocide en agressie. Het Parlement heeft daarom nieuwe bevoegdheden toegekend aan Eurojust, zodat het EU-agentschap bewijsmateriaal over deze misdrijven kan verzamelen en verwerken.

    In juni deed het Parlement met succes een beroep op de staatshoofden en regeringsleiders van de EU om Oekraïne de status van kandidaat-lidstaat toe te kennen, en in juli keurde het een eerste tranche van macrofinanciële bijstand aan het land goed.

    Op 6 oktober 2022 verwierpen de EP-leden de uitslag van de door Rusland gearrangeerde schijnreferenda die werden gehouden om bezet Oekraïens grondgebied onder schot te annexeren. De leden verklaarden deze referenda “nietig”. Ze riepen ook op tot aanzienlijk meer militaire steun aan de Oekraïense regering en strijdkrachten.

    Op 19 oktober kende het Parlement de Sacharovprijs voor de vrijheid van denken 2022 toe aan het dappere volk van Oekraïne, vertegenwoordigd door de president, de verkozen leiders en de burgerlijke samenleving. Dit was een betuiging van solidariteit en bewondering. De prijsuitreiking vond plaats in december.

    In reactie op de aanhoudende wreedheden van de Russische troepen en hun gelieerde groeperingen in Oekraïne besloten de leden van het Europees Parlement in een resolutie van 23 november Rusland aan te merken als staatssponsor van terrorisme. Vervolgens erkende het Parlement de zogenoemde Holodomor, de uithongering van Oekraïners door de Sovjet-Unie, als genocide.

    ...

  • De verantwoordelijkheid voor zorgstelsels ligt in de eerste plaats bij de lidstaten. De coronapandemie heeft echter aangetoond dat de EU een belangrijke rol te vervullen heeft om de volksgezondheid te verbeteren, ziektes te voorkomen en te beheersen, risico’s voor de menselijke gezondheid te beperken en de gezondheidsstrategieën van de lidstaten te harmoniseren. Het Parlement heeft de financiering voor het EU4Health-programma 2021-2027 verhoogd van 1,7 miljard euro naar 5,1 miljard euro, met als doel de samenwerking tussen de EU-landen te verbeteren en toekomstige pandemieën en gezondheidsbedreigingen beter te kunnen aanpakken.

    In februari 2023 besloot het Parlement een nieuwe permanente Subcommissie volksgezondheid in het leven te roepen, waarmee het onderstreepte dat dit onderwerp de prioriteit heeft.

    De pandemie aanpakken

    In juni 2021 voerden de EP-leden en de lidstaten het tijdelijke digitale covidcertificaat in om veilig grensoverschrijdend reizen en vervoer in en buiten de EU te vergemakkelijken. Het Parlement ging akkoord om het toepassingsgebied van het EU-mechanisme voor civiele bescherming uit te breiden en de middelen ervan te verhogen om snel op grootschalige rampen te kunnen reageren. Het pleitte ook voor een sterker mandaat voor het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) en het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC), met het oog op een sterkere EU-capaciteit voor crisispreventie, -paraatheid en -respons om in de toekomst ernstige grensoverschrijdende bedreigingen van de volksgezondheid aan te pakken.

    De EP-leden onderzoeken momenteel welke verdere lessen kunnen worden getrokken uit de pandemie. De Bijzondere Commissie COVID-19-pandemie gaat onder meer na hoe de EU de coronapandemie en de vaccinatiecampagnes heeft aangepakt.

    Medicijnen, gezondheid op het werk, en kanker verslaan

    Het Parlement heeft herhaaldelijk aangedrongen op een betere bescherming van de gezondheid van burgers op hun werkplek en in een verslag van eind 2021 aangegeven hoe de farmaceutische autonomie van de EU kan worden vergroot. De Commissie zal naar verwachting in het voorjaar van 2023 een herziening van de belangrijkste farmaceutische wetgeving van de EU indienen.

    De Bijzondere Commissie kankerbestrijding (BECA) van het Parlement heeft aanbevelingen gedaan om de samenwerking op het gebied van kankerpreventie en vroegtijdige opsporing te verbeteren, en om onderzoek, innovatie en nieuwe technologieën in te zetten voor preventie en behandeling.

  • In 2020 stelde de Europese Commissie een nieuw migratie- en asielpact voor om de asielprocedures, de opvangvoorzieningen en het terugkeerbeleid voor migranten in de hele EU te herzien en te stroomlijnen. Tegelijkertijd willen de beleidsmakers van de EU ervoor zorgen dat mensenrechten worden gerespecteerd en de EU-grenzen efficiënt worden beschermd tegen illegale grensoverschrijdingen en mensenhandel. De komende voorzitterschappen van de Raad en het Parlement hebben overeenstemming bereikt over een routekaart om de onderhandelingen over het pakket van negen voorstellen uiterlijk in februari 2024 af te ronden.

    Een holistische aanpak

    De leden van het Parlement hebben ervoor gezorgd dat de EU uiterlijk in 2024 over een onafhankelijk en volledig operationeel Asielagentschap zal beschikken om operationele normen, indicatoren, richtsnoeren en beste praktijken op het gebied van asiel te ontwikkelen. Het in Malta gevestigde agentschap zal lidstaten in nood meer operationele bijstand verlenen, onder meer in crisissituaties en bij herplaatsing en hervestiging.

    In december 2022 zijn twee informele akkoorden bereikt over manieren om kwetsbare personen te helpen het grondgebied van de EU op een legale, georganiseerde en veilige manier binnen te komen. Het eerste akkoord heeft betrekking op vrijwillige hervestiging in een lidstaat (verordening tot vaststelling van een Uniekader voor hervestiging), en het tweede op verbeterde opvangvoorzieningen om geregistreerde asielzoekers in staat te stellen na zes maanden te gaan werken.

    De leden van de Commissie burgerlijke vrijheden van het Parlement bereiden zich momenteel voor op onderhandelingen met de Raad over een verordening betreffende asiel- en migratiebeheer, een verordening betreffende crisis- en overmachtsituaties, een screeningverordening, een wijziging van de verordening asielprocedures en een herschikking van de terugkeerrichtlijn.

    Arbeidsmigratie

    In mei 2021 riepen de EP-leden op tot de invoering van legale trajecten voor migratie om illegale grensoverschrijdingen tegen te gaan en een ordelijke integratie van nieuwkomers in de arbeidsmarkt mogelijk te maken. Als eerste stap stemde het Parlement over nieuwe regels voor hooggekwalificeerde werknemers zodat zij zich makkelijker in de EU kunnen vestigen (blauwe kaart). In het voorjaar van 2023 is in de betrokken commissie gestemd over twee voorstellen, namelijk tot actualisering van de richtlijn gecombineerde werk- en verblijfsvergunning en de regels over de status van langdurig ingezetene. Het Parlement is nu klaar voor de onderhandelingen met de Raad.

    Frontex onder toezicht van het Parlement

    De werkgroep voor toezicht op Frontex werd opgericht naar aanleiding van een besluit van de coördinatoren van de Commissie burgerlijke vrijheden van 29 januari 2021 om beschuldigingen van illegale pushbacks te onderzoeken. De groep EP-leden houdt nog steeds toezicht op alle aspecten van de werking van het Europees Grens- en kustwachtagentschap Frontex en op de correcte toepassing van de relevante EU-wetgeving, met name de verordening betreffende de Europese grens- en kustwacht

  • Het Parlement verdedigt een Europese Unie die berust op de rechtsstaat, grondrechten, mediavrijheid, non-discriminatie en gendergelijkheid. De EP-leden willen dat de EU de strijd tegen corruptie, witwaspraktijken (via het antiwitwaspakket) en desinformatie opvoert, omdat deze een bedreiging vormen voor de democratische beginselen en kernwaarden van Europa.

    Het Parlement heeft een Bijzondere Commissie buitenlandse inmenging in alle democratische processen in de EU (INGE) opgericht. Naar aanleiding van de onderzoeken en onderzoeksmissies van deze commissie werd in maart 2022 een eerste reeks aanbevelingen aangenomen voor een betere bescherming van de Europese democratie. De Bijzondere Commissie (ING2) zet de werkzaamheden voort tot in de zomer van 2023 en zal ook nagaan hoe het Parlement zelf kan worden beschermd tegen pogingen om zijn werkzaamheden te beïnvloeden.

    Gelijke rechten op het werk

    In 2022 ging het Parlement akkoord met een bindende verplichting voor grote bedrijven om loontransparantie toe te passen zodat mannen en vrouwen een gelijk salaris ontvangen voor gelijk werk. De EP-leden slaagden er ook in om het aantal vrouwen in topfuncties te verhogen door middel van een historische wet. Ten minste 40 % van de niet-uitvoerende bestuursfuncties of 33 % van alle bestuursfuncties moet uiterlijk eind juni 2026 door het ondervertegenwoordigde geslacht worden bekleed.

    Eerbiediging van de rechtsstaat in de lidstaten is niet onderhandelbaar

    De EP-leden verwelkomen het jaarlijkse “verslag over de rechtsstaat” van de Commissie en hebben erop aangedrongen dit verder uit te werken zodat het onderdeel wordt van een uitgebreid, doeltreffend mechanisme. Ze hebben ook een oproep gedaan om snel op te treden tegen duidelijke schendingen van de rechtsstaat, zoals in het geval van Hongarije en Polen.

    In een resolutie over het derde, verbeterde verslag over de rechtsstaat (2022) uitten de leden van het Parlement hun zorgen over de aanhoudende negatieve trends op het gebied van persvrijheid, mediapluriformiteit en de veiligheid van journalisten. Ook uitten ze hun bezorgdheid over de voortdurende politisering van de rechterlijke macht en het feit dat men het gemunt heeft op de rechten van minderheidsgroepen.

    Dankzij het doorzettingsvermogen van het Parlement is in januari 2021 een nieuwe wet in werking getreden waarbij betalingen uit EU-fondsen afhankelijk worden gesteld van de volledige eerbiediging van de rechtsstaat, waaronder een onafhankelijke rechterlijke macht in de lidstaten. Het Parlement oefent sindsdien herhaaldelijk druk uit op de Commissie om als hoedster van de Verdragen de “voorwaardelijkheid met betrekking tot de rechtsstaat” toe te passen, waarover eind 2020 met de Raad overeenstemming is bereikt. In 2022 schortte de Commissie de betalingen op uit de herstelfondsen aan Polen en de structuurfondsen aan Hongarije. De EP-leden dringen erop aan deze middelen op te schorten totdat beide landen een einde hebben gemaakt aan de schendingen van de rechtsstaat waar de EP-leden op hebben gewezen.

    Vrijheid en pluriformiteit van de media

    Op 10 maart 2022 besloot het Europees Parlement de enquêtecommissie PEGA op te richten om onderzoek te doen naar het vermeende illegale gebruik van Pegasus en soortgelijke software voor surveillance in de EU die wordt gebruikt om politieke tegenstanders en journalisten te bespioneren. In november 2021 deed het Parlement aanbevelingen voor nieuwe regels om te voorkomen dat journalisten het zwijgen worden opgelegd. De EP-leden onderzoeken momenteel het voorstel van de Commissie voor anti-SLAPP-wetgeving. Deze wetgeving ter voorkoming van strategische rechtszaken tegen publieke participatie heeft tot doel de onafhankelijkheid van Europese media te beschermen tegen vexatoire rechtszaken die bedoeld zijn om hen te intimideren. De EP-leden roepen de Commissie al sinds 2018 op om deze stap te zetten. De parlementaire werkzaamheden voor de langverwachte verordening mediavrijheid zijn in 2023 van start gegaan.

    Hervorming van de Verkiezingsakte en institutionele hervorming

    De leden van het Parlement bereikten overeenstemming over nieuwe ontwerpregels om politieke reclame te reguleren. Ook gingen ze akkoord om de regels voor campagne- en partijfinanciering te hervormen in het kader van het actieplan voor Europese democratie. De onderhandelingen met de lidstaten zijn begonnen. Het Parlement werkte in april 2022 een wetgevingsvoorstel uit om de Verkiezingsakte te herzien, met als doel de nationale kiesregels meer op elkaar af te stemmen en transnationale lijsten te creëren. In februari 2023 werd voorgesteld te zorgen voor betere stemopties voor EU-burgers die in een ander EU-land wonen. In beide gevallen moet de Europese Raad actie ondernemen om de voorstellen om te zetten in wetgeving.

    ...

  • Het Parlement is een van de eerste instellingen ter wereld die pleit voor wetten over belangrijke thema’s als artificiële intelligentie (AI) en de regulering van onlineplatforms. De EP-leden willen dat Europa de hoogste normen hanteert op het vlak van digitale diensten, gegevensbescherming en cyberbeveiliging, op basis van de grondrechten en waarden die zijn vastgelegd in de Europese verklaring over digitale rechten en beginselen.

    Een mensgerichte aanpak

    Het Europees Parlement heeft standpunten ingenomen over de vaststelling van ethische beginselen die als leidraad dienen voor de EU-aanpak van de digitale transformatie, en over de volledige naleving van grondrechten zoals gegevensbescherming, het recht op privacy, non-discriminatie en gendergelijkheid, en beginselen zoals consumentenbescherming, technologische en netneutraliteit, betrouwbaarheid en inclusiviteit. Het Parlement heeft daarnaast gepleit voor een betere bescherming van de rechten van gebruikers online, investeringen in digitale vaardigheden, ondersteuning van de rechten van werknemers en geestelijke gezondheid in de digitale werkomgeving, en het recht om offline te zijn.

    Regels inzake digitale diensten

    De digitaledienstenverordening bevat duidelijke normen voor de manier waarop onlinebedrijven in de EU moeten opereren en diensten verlenen. Tegelijk biedt de verordening een hoge mate van bescherming aan gebruikers. Op grond van het leidende beginsel “wat offline illegaal is, moet ook online illegaal zijn” dienen onlineplatforms snel maatregelen te nemen om illegale inhoud te verwijderen, desinformatie tegen te gaan en de controles van handelaren te versterken. Dankzij de digitaledienstenverordening zijn gebruikers beter geïnformeerd en beter beschermd tegen manipulatie. Gerichte reclame voor minderjarigen of op basis van gevoelige gegevens is verboden.

    In de digitalemarktenverordening zijn verplichtingen opgenomen voor grote onlineplatforms die optreden als “poortwachters” op de digitale markt, om ervoor te zorgen dat zij zich op een eerlijke manier gedragen. De regels bieden vernieuwers en technische start-ups nieuwe kansen om te concurreren en te innoveren in een eerlijker ondernemingsklimaat. Consumenten zullen uit meer en betere diensten kunnen kiezen, zonder de controle over hun gegevens te verliezen. Als poortwachters de regels niet naleven, kunnen boetes worden opgelegd tot 10 % van hun wereldwijde omzet (of tot 20 % voor herhaalde niet-naleving).

    Artificiële intelligentie (AI)

    Het Parlement pleit al jaren voor AI-regelgeving die zorgt voor betrouwbaardere en veiligere nieuwe technologie, strenge ethische normen omvat, een transformerende kracht heeft op de arbeidsmarkt en “in Europa gemaakte AI” bevordert. Verschillende commissies, waaronder de Bijzondere Commissie artificiële intelligentie (AIDA), hebben input gegeven over het voorstel van de Commissie voor het eerste EU-rechtskader inzake AI (verordening artificiële intelligentie). Het Parlement legt momenteel de laatste hand aan de definitieve versie van de verordening, waarna een akkoord moet worden bereikt met de lidstaten in de Raad voordat de verordening kan worden vastgesteld.

    Een Europese datastrategie

    De leden van het Parlement pleiten voor een interoperabel, EU-breed kader voor gegevensbeheer en een mensgerichte datamaatschappij waarin burgers de volledige controle hebben over hun eigen gegevens. Toegang tot hoogwaardige data is een essentiële vereiste voor goed presterende en veilige AI-systemen.

    De datagovernanceverordening is bedoeld om het vertrouwen in de uitwisseling van gegevens te vergroten, nieuwe EU-regels over de neutraliteit van datamarktplaatsen vast te stellen, en het hergebruik van bepaalde overheidsgegevens te vergemakkelijken.

    De dataverordening, waarover nog overeenstemming moet worden bereikt met de lidstaten, is een aanvulling op de datagovernanceverordening. Het doel is om innovatie te stimuleren door belemmeringen weg te nemen die de toegang van consumenten en bedrijven tot gegevens verhinderen.

    Cyberbeveiliging

    In reactie op de toenemende risico’s van de digitalisering en het stijgende aantal cyberaanvallen hebben de EP-leden de regels voor een hoog gezamenlijk niveau van cyberbeveiliging in de Unie (NIS2) geactualiseerd, ter vervanging van de eerste EU-brede wet inzake cyberbeveiliging (NIS). In het kader van NIS2 worden strengere cyberbeveiligingsvereisten ingevoerd, het aantal “essentiële sectoren” uitgebreid, en verslaglegging gestroomlijnd. Ook komen er strengere handhavingsmaatregelen in de hele EU, met inbegrip van sancties.

    De EP-leden keurden ook de oprichting van een kenniscentrum en netwerk voor cyberbeveiliging in de EU goed, en riepen op tot strengere EU-normen voor de cyberbeveiliging van verbonden apparaten, apps en besturingssystemen.

    ...

  • Het Parlement heeft de EU verzocht haar vermogen te verbeteren om snel en doeltreffend besluiten te nemen op het gebied van buitenlands beleid, met name in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, zodat zij met één stem spreekt en optreedt als een echte wereldspeler in reactie op internationale crises (resolutie).

    In een resolutie over het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van januari 2023 waren de EP leden verheugd over de nieuwe EU-initiatieven ter verbetering van de Europese veiligheid en defensie. Ook verzochten ze de lidstaten het beleid en vermogen van de EU op het gebied van cyberdefensie verder te ontwikkelen en veiligheids- en defensiepartnerschappen met gelijkgestemde partners aan te gaan.

    Uitbreiding

    In september 2021 gaf het Parlement zijn goedkeuring voor het instrument voor pretoetredingssteun IPA III ter waarde van 14,2 miljard euro om zeven landen te helpen hervormingen door te voeren die nodig zijn om te voldoen aan EU regels en waarden. In zijn jaarverslagen evalueert het Parlement voortdurend de vooruitgang die wordt geboekt op het gebied van democratische hervormingen in nabuurschapslanden die tot de EU willen toetreden. De EP-leden benadrukten dat een versterkt uitbreidingsbeleid het sterkste geopolitieke instrument van de EU is, en drongen er daarom bij de EU op aan de status quo te doorbreken en het uitbreidingsproces nieuw leven in te blazen, zowel in de lidstaten als in de kandidaat-lidstaten.

    Ondersteuning van de democratie en acties voor de mensenrechten

    Het Europees Parlement heeft altijd blijk gegeven van zijn niet-aflatende inzet voor mensenrechten en democratie in de wereld. Sinds 1988 brengt het Parlement door middel van de Sacharovprijs hulde aan personen, groepen en organisaties die een uitstekende bijdrage hebben geleverd aan de bescherming van de vrijheid van denken in de wereld.

    Democratieën overal ter wereld staan voor zware uitdagingen als gevolg van een aantal gebeurtenissen van de afgelopen jaren, zoals de pandemie en de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne. De agressie van Rusland is niet alleen gericht tegen Oekraïne, maar ook tegen democratieën en democratische waarden. Het Europees Parlement heeft de parlementen in partnerlanden jarenlang gesteund via een cultuur van dialoog, waaronder de Jean Monnet-dialoog, en dankzij het werk van de delegaties van het Parlement.

    Delegaties zijn officiële groepen EP-leden die de betrekkingen met parlementen van niet-EU-landen en met andere regio’s en organisaties onderhouden en verdiepen. Het Europees Parlement stuurt ook jaarlijks tijdelijke verkiezingswaarnemingsdelegaties naar landen buiten de EU, waar de ervaring van EP-leden als gekozen vertegenwoordigers een verrijking vormt voor de evaluatie van lokale verkiezingsprocessen.

    Ontwikkeling

    In juni 2021 keurden de EP-leden het nieuwe instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking - Europa in de wereld - goed. Dit is een fonds van 79,5 miljard euro voor externe samenwerking om duurzame ontwikkeling te stimuleren in nabuurschapslanden van de EU, Afrika, Azië, Noord-, Zuid- en Midden-Amerika, de Stille Oceaan en het Caribisch gebied.

    Internationale handel, partnerschapsovereenkomsten

    Het Parlement steunt brede handelspartnerschappen en een op regels gebaseerd multilateralisme. Wederkerigheid in de handelsbetrekkingen is een hoeksteen van de recente wetgeving om eerlijke concurrentie op de interne markt te waarborgen, waaronder de nieuwe regels om dumping ten gevolge van buitenlandse subsidies te voorkomen.

    Daarnaast onderzoeken de EP-leden momenteel het langverwachte voorstel om producten daadwerkelijk van de EU-markt te weren als zij met dwangarbeid zijn gemaakt, met inbegrip van gedwongen kinderarbeid. De onderhandelingen met de lidstaten kunnen op zijn vroegst in het najaar van 2023 van start gaan.

    Verder onderhandelt het Parlement momenteel met de Raad over het EU-stelsel van algemene tariefpreferenties (SAP), waarmee ontwikkelingslanden preferentiële toegang krijgen tot de EU-markt, en over nieuwe instrumenten om EU-bedrijven te beschermen tegen economische dwang.

    Handels- en investeringsovereenkomsten tussen de EU en derde landen kunnen pas in werking treden nadat het Parlement zijn goedkeuring heeft verleend, zoals bij de handelsovereenkomst tussen de EU en het VK. In februari 2020 keurden de EP-leden de vrijhandelsovereenkomst tussen de EU en Vietnam goed. Dit is het eerste akkoord waarin voorwaarden zijn opgenomen voor sociale, democratische en milieuduurzaamheid. Andere handels- en investeringsovereenkomsten, met onder meer Chili en Nieuw-Zeeland, zullen naar verwachting in 2023 of begin 2024 worden besproken in commissies en plenaire vergaderingen van het Parlement.

  • Dertig jaar na de totstandbrenging van de interne markt heeft het Parlement maatregelen genomen om de regels inzake consumentenbescherming aan te passen aan de uitdagingen van het digitale tijdperk en de groene transitie. Afvalvermindering, recycling en duurzame productie van goederen zijn cruciaal om te bouwen aan een circulaire economie die zelfvoorzienender is en geen vervuiling veroorzaakt.

    Voorbeelden van recente wijzigingen zijn de nieuwe regels die zijn vastgelegd in de digitalemarktenverordening en de digitaledienstenverordening, en initiatieven zoals een universele oplader voor mobiele elektronische apparaten. De EP-leden zijn overeengekomen om de regels inzake productveiligheid en consumentenkredieten te herzien, met als doel de consumentenbescherming en het welzijn van de EU-burgers zowel online als offline te verbeteren.

    Circulaire economie

    Het Parlement en de Raad hebben overeenstemming bereikt over nieuwe regels voor de recycling en productie van batterijen. De EP-leden zullen hun standpunt over de herziening van de richtlijn inzake ecologisch ontwerp begin 2023 presenteren en stemmen over een reeks voorstellen (verpakkingen, productinformatie, duurzaam textiel, enz.) die de Europese Commissie heeft ingediend in het kader van de pakketten voor de circulaire economie 1 en 2.

    De leden van het Parlement gaven de aanzet tot een voorstel over het recht op reparatie om de levensduur van producten te verlengen. Ook zullen zij in 2023 onderhandelen met de lidstaten over nieuwe zorgvuldigheidsverplichtingen voor bedrijven.

    De industriële basis van de EU versterken

    In een resolutie van februari 2023 riepen de leden van het Parlement de Commissie op te werken aan plannen om de productiecapaciteit van de EU te vergroten, met name op het gebied van strategische technologieën zoals zonne- en windenergie, warmtepompen en batterijen. De EP-leden drongen er sinds 2021 bij de Commissie op aan een alomvattende strategie inzake kritieke grondstoffen voor te stellen om de EU-industrieën te helpen concurrerend te blijven en minder afhankelijk te worden van derde landen, en tegelijkertijd te zorgen voor een betaalbare en toereikende voorziening voor de Europese consument.